Afgelopen woensdag kregen we van Erszi de opdracht om een nieuw bericht te schrijven op onze blogs. Je moest iets schrijven over hoe jij was als middelbare scholier in de eerste 2 jaar, en iets over je beste en slechtste docent.
Ik begin met een anekdote over mij als scholier.
Woensdagmiddag, schooljaar 2004/2005. We staan met z'n allen voor een lokaal dat op het rooster 'L004' genoemd wordt. We krijgen voor het eerst muziekles van een leraar met de naam 'HSK'. Na een paar minuten komt er een vriendelijk uitziende man met een bril aanlopen. Hij doet de deur open en we lopen naar binnen. Achterin het lokaal zien we een piano, een heleboel gitaren, een drumstel, een mini-orgeltje en een kast vol kleinere instrumenten staan. Als iedereen zijn plekje heeft gevonden, stelt de man zich voor als Jan-Cees Heijstek. Hij vraagt iedereen om zich voor te stellen en te vertellen wat onze ervaring met muziek is. Uiteindelijk kom ik ook aan de beurt, en vertel dat ik al 5 jaar piano speel. Ik word gevraagd om achter de piano plaats te nemen en een stukje te spelen, maar zo verlegen als ik ben, bedank ik vriendelijk en staar met een rood hoofd naar de grond.
Zo begon het dus ooit. Ik was een ontzettend verlegen leerling die eigenlijk niet zoveel zei. Dat veranderde pas na het eerste jaar.
Op een middag moest ik samen met een klasgenoot het lokaal opruimen, en die klasgenoot vroeg aan mij om een liedje te spelen op de piano. Ik had heel toevallig de bladmuziek van de Flintstones bij me, omdat ik na schooltijd pianoles zou hebben. Ik ging zitten en speelde het voor. Opeens komt meneer Heijstek achter me staan met een enorm metalen gevaarte in z'n handen. Het is een trombone, weet ik me nog te herinneren van een toets over blaasinstrumenten. Ik begin opnieuw te spelen en hij doet mee. Het was zo leuk om te doen, dat ik voortaan met de muzieklessen nooit meer zo verlegen was en altijd vrolijk meedeed.
Later deed ik ook mee met de Adventsvieringen en de befaamde Talentenjacht op College de Heemlanden. En van die verlegenheid was ik zo goed als af! =)
Goed, opdracht nummer 2. Ik mocht geen namen noemen, want stel je voor dat een docent dit leest en denkt: Hee, die Esther, wat een rotleerling is dat eigenlijk! =P
Mijn beste docent:
Mijn Duits docent in de 4e en 5e. Voordat ik in de 4e zat, kwam ik hem eigenlijk altijd tegen in de gang. Ik had geen idee wie het was, maar hij zei altijd vriendelijk gedag. Toen ik dus in de 4e kwam vond ik het heel grappig om hem als docent te hebben!
Waarom hij nou mijn favoriet was? Hij bracht alle dingen altijd met humor, maar ook niet te erg. Zijn lessen waren altijd erg gezellig, hij legde alles super uit, en door hem had ik ook de motivatie om meer voor Duits te doen. Ik deed altijd samen met een vriendin m'n mondeling, en ik vond het nooit erg om het door hem te laten beoordelen, omdat zelfs het tentamineren gezellig was! Hij had in zijn les altijd een paar periodes van stilte, dan mocht je ook echt niks zeggen, en dat werkte voor mij super, want door die stilte kon ik me heel goed concentreren en liep ik vaak voor met m'n huiswerk. Hij zorgde er vaak voor dat iedereen het naar z'n zin had in de les.
Ik kom 'm nu nog regelmatig tegen op de fiets, en ook dan zegt hij nog altijd vriendelijk gedag. Echt, deze docent vind ik super!
Mijn slechtste docent:
In de derde had ik scheikunde van een docent die pas was komen werken op mijn school. We vonden 'm in het begin van het jaar allemaal een beetje een vreemd mannetje, hij droeg altijd dezelfde kleding waar steeds viezere vlekken op verschenen. Ook was hij altijd chagrijnig en dat demotiveerde iedereen. Hij vond dat leerlingen de hele les heel stil moesten werken, geen enkel woord mochten zeggen en als ze hulp wilden, ze maar na schooltijd bij 'm langs moesten komen, en zelfs dan liever niet. Na een paar weken hadden we het echt helemaal gehad, onze eerste toets was door iedereen heel slecht gemaakt en we begrepen echt niks van de stof. Maar weet je wat me nog het meest irriteerde? Dat hij altijd met die eeuwige nietmachine op het bord stond te meppen om de aandacht te krijgen! En meestal ging dat gepaard met een paar scheldwoorden. Uiteindelijk is hij ontslagen, en ik moet eerlijk zeggen: Ik was blij dat ik van 'm af was.
zaterdag 6 februari 2010
Abonneren op:
Posts (Atom)